Pretransplantatieonderzoeken

De bedoeling van pretransplantatieonderzoeken is om eventuele problemen vóór de transplantatie op te sporen en ze zo mogelijk ook eerst te behandelen, bijvoorbeeld door het genezen van een infectiehaard of van een maagzweer. De onderzoeken zijn natuurlijk afhankelijk van welk orgaan getransplanteerd moet worden. 

De voornaamste onderzoeken zijn:

  • onderzoek van de hartfunctie en doorbloeding (echocardiografie, ergometrie en eventueel coronarografie);
  • onderzoek van de buik- en beenslagaders (angiografie) (optioneel);
  • röntgenfoto’s van hart en longen en van de voornaamste bloedvaten (vaatoverzicht);
  • onderzoek van de werking van de longen (longfunctie);
  • onderzoek van de slokdarm, maag en dunne darm;
  • nazicht van tanden en tandvlees (later blijft een nazicht van de tanden om de zes maanden noodzakelijk);
  • onderzoek van de blaas en van de urinewegen (cystografie);
  • onderzoek van de dikke darm;
  • onderzoek van de werking van het hart (elektrocardiogram);
  • oogonderzoek, onder andere om te zien of de bloeddruk lange tijd verhoogd was;
  • een aantal bloedonderzoeken, waaronder een uitgebreide weefseltypering.